Gran Canaria
Gran Canaria
Gastronomie

Artenara

Bergen met plaats voor akkers, weilanden en bossen

Het bergdorp Artenara is onderdeel van de hoogstgelegen gemeente van het eiland en ligt tussen de steile hellingen van de hoogste bergtoppen op het eiland.  Het is een klein dorp met grootse en spectaculaire uitzichten. In deze gemeente vind je ook verspreid liggende grotwoningen, die omringd worden door akkers met aardappels en maïs.  Hier moet je echt de kaas proberen. Als je die bij een goedgevulde, eerlijke groentesoep eet proef je echt iets lekkers, of dat nou ´s zomers of ´s winters is. Want hier, op deze bergtop, merk je wél die twee seizoenen op - de enige twee seizoenen die de eilandbewoners hier in de bergen kennen.

Artenara

Het vee dat in deze streek voor de heerlijke kazen zorgt, graast hier buiten op de groene weiden. Afhankelijk van de tijd van het jaar zijn de landerijen hier ook een doorgangsgebied voor het laatste vee dat op de Canarische Eilanden in de zomer nog wordt verweid. Dit vee strijkt wat verder naar het noorden neer, wat op een eiland van deze grootte neerkomt op “ietsjes hoger, daar net voorbij die rivierbedding”, terwijl je je blik richt op een punt een paar uur lopen verderop.

In dit geval gaat het om in totaal iets meer dan een dozijn herders met hun schapen.  In de zomer zoeken ze de weiden op van buurdorp Tejeda. In de winter grazen ze naar hartenlust rondom de dorpen in het noorden waar ze vandaan komen (Gáldar, Guía, Moya). Op de heen- en terugweg tijdens de jaarlijkse verweiding, die vroeg in de ochtend begint en op dezelfde dag bij het vallen van de avond eindigt, “komt het vee al grazend door Artenara en gaat die kant op”, wijst herder Carmelo Moreno aan.  En de kaas van de melk van dieren die zich voeden met al wat de natuur ze te bieden heeft is natuurlijk heerlijk!

Artenara

Elke herder kiest zijn eigen dag voor de verweiding en soms besluit een aantal van hen samen het vee naar de plek te verplaatsen waar de zomer wordt doorgebracht. Op die dagen klinkt op de velden van Artenara het opgewekte geklingel van de bellen die de komst van de schapen aankondigen, vooral rond het middaguur. Voor de verweiding vervangen de herders de bellen van de schapen door grotere exemplaren, zodat ze hun schapen beter kunnen horen op de smalle paadjes langs de diepe dalen. “Maar als er een familielid was overleden, dan kwam het vee stilletjes langs. Dan kregen ze geen bellen omgehangen. De bellen werden dan in de zadeltassen van hun paard gedaan en ze kwamen in stilte langs”, vertelt dezelfde herder. Vroeger werden paarden gebruikt als lastdier tijdens de tocht, een functie die nu is overgenomen door terreinwagens.

Aan het begin en aan het eind van de zomer biedt Artenara haar natuurlijke voorraadkamer aan de voorbijkomende dieren van de transhumance aan. De winters brengen regen in Artenara, waardoor de dennenbossen andere bezoekers krijgen, vooral uit de hoofdstad: de liefhebbers van paddenstoelen.

Artenara

Op de Canarische Eilanden bestond in het verleden, behalve voor de woestijntruffel omdat die erg op een aardappel lijkt, geen traditie om paddenstoelen te eten - zelfs niet in tijden van honger. Aan het eind van de twintigste eeuw veranderde dat, vooral gestimuleerd door inwoners uit de rest van Spanje, zoals de Catalanen, of de Spaanse chefs die hun eigen recepten meenamen om in de restaurants heerlijke gerechten aan te bieden. De kennis van en liefde voor paddenstoelen begon zo gemeengoed te worden.

Pedro Lezcano (1920-2002), dichter en drukker, die in 1991 aan het hoofd van het eilandbestuur van Gran Canaria kwam te staan, was een van die eilandbewoners. Hij ontwikkelde zich tot een echte paddenstoelenkenner. Het dennenbos van Tamadaba was een van zijn favoriete plekken om op zoek te gaan naar paddenstoelen, vooral melkzwammen: “Ik eet ze het liefst in het bos op. Daar ter plekke je potje koken op een houtvuurtje is meer dan voortreffelijk”, legde hij in een interview uit. En Tamadaba heeft picknickplekken waar dat uitstekend kan. Van de melkzwammen haalde hij de steel af om ze beter te kunnen bakken. In plaats van olie gebruikt hij spek. Een keertje draaien “en in een minuutje zijn ze al klaar. Je eet ze bijna rauw”, is zijn culinair advies.

Artenara